Weer lekker wat anders na twee maanden in China! Lekker sate met kroepoek eten, tropische eilandjes en mooie jungles vol grote mensapen… Sumatra… wat snakten we er naar.
En ja.. ’t was werkelijk zo mooi als we verwacht hadden. Op de tiende van augustus vlogen we in de nacht via Kuala Lumpur van Beijing naar de meest noordelijke punt van Sumatra, Banda Aceh. Met gemengde gevoelens namen we na twee maanden afscheid van China waar we mooie ervaringen opdeden, maar ook met de vooroordelen over de Chinezen in aanraking kwamen.
Na de nachtvlucht haastten we ons voor de veerboot van 1400 uur naar het eiland Pulau Weh. Ons brommertaxietje met zijspan bracht ons keurig tot aan de boot die net begonnen was zijn laadklep op te trekken om 1356 uur… pfffff wat een …. de mensen op de boot zwaaiden ons vriendelijk uit en wij moesten twee uur wachten bij de pier. Aangekomen op eiland Pulau Weh reden we met een vrachtwagen naar het plaatsje Sabang. Daar smulden we van onze eerste Gado Gado bij een straatstalletje. Meneer Gado Gado was zeer vriendelijk en geinteresseerd en we praatten de hele avond met hem over Indonesie en Nederland. Ook hoorden we dat het Ramadan was en dat die nog 8 dagen zou duren…. De volgende dag merkten we dat dat betekent dat winkels en restaurants met daglicht gesloten zijn. Achterop twee brommertjes reden we met onze backpacks naar het idyllische dorpje Iboih. Daar betrokken we een welhaast perfect houten bungalowtje, op palen boven de op rotsen klotsende zee. Om ons heen stonden groene bomen en vanaf de hangmat op het balkon keken we uit over de zee met verderop een kleiner eilandje.
Dit was wat we nodig hadden en daarom bleven we 9 hele dagen chillen en vissen kijken. Vanaf ons balkon zagen we de gekleurde visjes in de kraakheldere zee onder ons. Verder hebben we gedoken en gesnorkeld. Wat een schitterende onderwaterwereld hier! We zagen zeeschildpadden, haaien, grote octopussen en veel meer moois! Oh ja en in de bovenwaterwereld werden bij ons de bananen door een aap van het balkon gegrist, hoe kan het ook anders in dit oord…
Na deze lange ontspanning was de batterij weer volgeladen met lekkere vruchtensapjes en visjes. We reisden weer naar Banda Aceh op Sumatra terug, waar we de nachtbus namen naar Bukit Lawang. Hier kwamen we voor de orang oetangs. Een hele dag waren we in het tropische oerwoud waar we veel van deze lieve dieren zagen. Het was zo mooi ze in natuurlijke omgeving te zien! Hun genen schijnen voor 96 procent hetzelfde te zijn als die van mensen.
De eerste dag dat we hier aan kwamen, liepen we langs een boom bij de rivier waar Luuk werd aangevallen door wespen. Gefolterd door de steken gaf een sprong in de rivier bevrijding van de agressieve steekaanval. Tien dikke rode bulten die dagen bleven zitten waren het resultaat… en wat een jeuk!, fijn hoor die tropen.
De laatste twee dagen van Sumatra verbleven we in de derde grootste stad van Indonesië. Medan is geen mooie stad, maar er zijn wel enkele leuke overblijfselen uit de Nederlandse tijd zoals het TIPTOP restaurant en het oude Kantor Pos (postkantoor). Bij het TIPTOP restaurant staan saussijzenbroodjes, bitterballen en moorkoppen onvertaald op de menukaart, heerlijk!
Ook erg grappig zijn de Nederlandse woorden die je als Nederlander overal in het straatbeeld herkent, zoals gordijn, doorsmeer, notaris, stempel, spanduk, tegel etc. Ook een handdoek of asbak vraag je gewoon in ’t Nederlands, veel woorden zijn dus opgenomen in het Indonesisch. In Medan eten we lekker sateh van de straatstalletjes, dan zeg je dus gewoon; “portie sateh” en krijg je een portie sate, leuk! Ook lieten we ons vollopen met avocado shakes. Beetje jammer alleen was dat we elke morgen om vijf uur rechtop in bed zaten door het gemekker dat uit de naastgelegen, nog door de Nederlanders gebouwde moskee schalde.
Op 26 augustus vlogen we naar Bangkok waar de onze reis besluiten met het lekkere eten en massages. Heel leuk was dat Robert (Luuks broer) er ook weer was om samen op de pof enkele daagjes Koreaanse BBQ, skybar-borrel en andere chique gelegenheden af te struinen.
Dan op 31 augustus vlogen we van Bangkok naar Amsterdam en blies de olifant met zijn grote snuit, ons mooie reisverhaaltje van elf maanden weer uit! Het welkomstcomité op Schiphol heeft ons heel warm onthaald. En nu, een week later, genieten we nog steeds van de Hollandse comfortjes. We waarderen ons fijne appartementje enorm en niet meer leven uit een tas is ook wel fijn.
We denken hier nog wel even te blijven! 😉